De eerste gasten zijn gearriveerd. Een Frans gezinnetje voor een weekend en een Nederlands gezin voor twee weken. Mijn taak gaat nu echt beginnen. Ik heet ze welkom, ik vraag hoe de reis is geweest, ik check ze in, handel de administratie met ze af, ik leg enkele regels van de camping uit en ik breng ze naar de gehuurde accommodaties, in dit geval, de Serengeti Safaritenten XL. En zoals ik het geleerd heb, laat ik de gasten als eerste de tent binnengaan. De informatiemap in de taal van de gast ligt klaar op tafel, ook het Vacansoleil schoonmaaksetje. Als extra welkom heb ik voor elke gehuurde accommodatie dit seizoen een kaart van de omgeving met alle activiteiten, bezienswaardigheden en restaurants weten te bemachtigen bij het dichtstbijzijnde toerisme bureau. En of dat nog niet genoeg is, staat er op het schoolbordje aan de wand een persoonlijk familie welkomstwoord in de taal van de gast.
Complimenten neem ik met een grote glimlach in ontvangst, lovend zijn ze over de tent, over de serviceverlening, over het persoonlijk familie welkomstwoord en attent vinden ze het als ik nog een gast feliciteer met zijn verjaardag van twee dagen geleden. Het zijn die kleine gebaren die ik als Campinghost voortdurend in de gaten moet blijven houden. Want dan alleen kun je grootst de complimenten van de gasten in ontvangst gaan nemen.
Vol energie en zelfvoldaan ga ik verder met de inrichting van mijn tenten. De dag vordert en ik krijg steeds meer het gevoel dat het niet op schiet, dat ik steeds maar op zoek moet gaan naar spullen die in een tent zouden moeten zijn, maar die er niet liggen. Ik voel een frustratie opkomen. Aan het eind van de dag heb ik telefonisch contact met mijn International Teammanager (ITM). We spreken over een aantal praktische zaken en gauw blijkt dat ik door miscommunicatie achterloop op mijn planning. En hoewel ik al aardig aan het bikkelen ben zal er toch nog een tandje erbij moeten. Om meters te maken, wordt de afspraak gemaakt dat ik andere uren ga werken, 5 dagen van 7 uur.
Ondanks het feit dat er totaal geen kwaad woord is gesproken, bekruipt mij toch een onbehaaglijk gevoel na het telefonisch gesprek. Er komt ook niks meer uit handen. De opgekomen frustratie is een feit. De tranen komen. Het heeft mij geraakt. Ik stel mij zelf de vraag over het “waarom”. Waarom heb ik achterstand? Waarom heb ik daar geen antwoord op? Waarom heb ik het gevoel dat ik steeds weer achter de feiten aan blijf lopen? Waarom?
Ik ken mezelf aardig goed. Ik ben een perfectionist, wil alles perfect doen, kijk niet op een uurtje meer of minder. En mijn “lat”, die is vaak meters hoog. Na de tranen, app ik nog even met mijn ITM en vertel dat ons gesprek mij geraakt heeft. Als reactie krijg ik dat dat juist goed is, het betekent alleen maar dat ik hart voor de zaak heb. Voorzichtig komt daar weer een glimlach op mijn gezicht.
Maar hoe nu verder? Familie en vrienden kennen mij het beste. Weten hoe ik ben. 100% goed willen doen is prima, maar 80% is ook goed. Wees creatief en improviseer zijn de tips die ik van harte in ontvangst neem.
In welke functie je ook werkt, in welke organisatie je ook zit, het gaat altijd gepaard met vallen en opstaan. Ook in de functie van Campinghost. Het ene moment streelt je ego door het ontvangen van complimenten van de gasten en het andere moment voeren de frustraties de boventoon. Ik mag dan Single-Campinghost zijn, ik sta er zeker niet alleen voor. Mijn werkgever in Nederland en mijn ITM hier in Frankrijk geven alle support, op het gebied van operationele, financiële en personele zaken die ik als Campinghost nodig heb. Ook juist in tijden van vallen en opstaan. Maar ook mijn collega’s in het veld zijn er voor mij.
Tijdens de trainingsdagen heb ik twee meiden leren kennen. Het klikte meteen tussen ons. Zij zijn als Campinghost op 30 km van elkaar, werkzaam op een camping in Italië. Ik zit hier in Frankrijk. We hebben een groepsapp aangemaakt en dagelijks is er nu contact over praktische en zeker ook leuke zaken. “Hoe doe je dit, hoe doe je dat, heb je tips, ik kan wel janken”. Je ondersteunt elkaar, geeft bemoedigende woorden en als daar weer een smiley komt vanuit Italië, dan is er ook een smiley hier bij mij in Frankrijk.
De support komt ook van mijn familie en vrienden thuis. Via allerlei kanalen zijn ze een luisterend oor voor mij, leven ze met mij mee, lachen we samen, geven tips en ik ontvang heel veel virtuele knuffels van ze.
Een maand ben ik nu werkzaam als Campinghost. Ik geniet volop. Ik geniet ook van de gasten. Het is het werk wat volledig bij mij past. Het buitenleven en de vrijheid waar ik zo naar heb verlangd. Het is, in voorbereidende fase op het seizoen, vooral fysiek en zwaar werk, gepaard met vallen en opstaan, met een traan en een lach. De pijntjes en de blauwe plekken in en op mijn lijf neem ik maar op de koop toe en ik bikkel voorlopig hard door om de achterstand enigszins in te lopen….want ach toe maar……ik heb hart voor de zaak.