Meivakantie

Na een goede week van voorbereiden breekt de Meivakantie los. Eerst nog even wat afspraken maken met de campingreceptie over de tijden van het inchecken. Ik vertel ze dat ik in het laagseizoen nog flexibel ben. “Call me when the guest is arrived, but in the high season I’m the bitch; then it will be four o’clock. Lachend begrijpen we elkaar.
We hebben dit nog niet afgesproken of de volgende dag staat de eerste gast om, jawel, 9.00 uur ’s ochtends voor de receptie te wachten om in te checken. Leer mij de Nederlanders kennen. Geen jengelende kinderen op de achterbank, is de meest voorkomende reactie, als ouders met hun kroost op de camping arriveren nadat ze de hele nacht hebben gereden.  Ergens klinkt dit logisch, maar als op een maandagochtend, iets over half acht, ik zowat uit bed gebeld wordt door een gast met de vraag of ze al in kunnen checken, gaan alle alarmbellen bij mij af; dit gaan we dus niet doen in het hoogseizoen. Deze nieuwe gasten hebben moeten wachten tot 9.00 uur.

Een gezellige, gemoedelijke sfeer hangt er op de camping in de Meivakantie. Voornamelijk Nederlanders, die blij zijn dat er weer gereisd mag worden. Hoewel ik me weer goed voel om op de camping terug te zijn, merk ik ook wel dat ik mijn draai wel weer even moet vinden. Weer even in het ‘proces’ komen. De omgang met de gasten, hoe werkt het ook al weer met het linnengoed en overige zaken en merk ik dat een week voorbereidingstijd voor mij wat krap is.

Koetjes en Kalfjes

De “koetjes en kalfjes” gesprekken met de gasten zijn weer terug, het lachen met elkaar ook. Alle campingwijsheden van een ieder komen aan bod. Maar op deze camping, met mijn accommodaties heb ik die wijsheden in pacht.
Maandagavond 22.00 uur, krijg ik een telefoontje van de nachtwacht, of ik een gast kan helpen met het elektra wat uitgevallen is. Met de paraplu in de hand (het regent en onweert) ga ik naar beneden, want het golfkarretje is nog steeds mijn vriendje niet. Bij de tent aangekomen, vertelt de gast mij dat de stoppen van het meterkastje wel allemaal omhoog staan en in de meterkast van de camping zelf, welke verderop staat kan hij niks ontdekken. Ik doe een controle en loop daarna door naar de meterkast van de camping. “Kijk, zegt de gast, hier kan ik niks aan ontdekken”. Ik zeg, “nee aan de voorkant niet nee, maar er zit ook nog een achterkant aan”….Oh, dat had de gast even niet gezien. Ik schakel de juiste knop weer in en hoor een zucht van verlichting uit de tent komen. Ze hebben weer stroom.

De volgende morgen, dinsdag, mijn vrije dag, krijg ik om kwart voor negen ’s morgens weer telefoon van de campingreceptie. Weer een gast zonder stroom. De gast krijg ik aan de lijn en ze vertelt dat alle stoppen in onze meterkast wel omhoog staan. Ik weet genoeg. Ik krijg de nieuwe receptieleidinggevende weer terug aan de lijn en vertel haar dat de camping zelf in hun eigen box moeten gaan kijken, daar staat een stop naar beneden. “Hoe weet je dat nu zo zeker?”, krijg ik van haar te horen. Ik zeg: “ga maar kijken”…. Ik heb ze niet weer gehoord.

Mijn eerste vrije dinsdag in de Meivakantie vertrek ik naar Sirmione. Op ongeveer 3 kwartier rijden van de camping. Een schiereiland in het Gardameer. Ik heb dit seizoen besloten om die steden te bezoeken, in het voorseizoen, waar ik het vorige seizoen niet aan toe gekomen ben. Sirmione is de eerste. Daar aangekomen, rij ik een grote parkeerplaats op. Zo eentje met zo’n slagboom en waar je een, als bestuurder zijnde, zo’n kaartje uit de automaat moet trekken. De bestuurder van de auto voor mij doet dat en rijdt door. Ik rij ervoor, doe het raampje open om ook een kaartje te trekken, gaat bij mij die slagboom al omhoog, maar geen kaartje. Ik begreep er niks van, maar besluit toch maar door te rijden, zonder kaartje. De auto wordt geparkeerd en ik ben nog steeds verbaast waarom ik geen kaartje kreeg en wandel Sirmione in.

Tolbadge

Het stadje, het kasteel, de uitzichten over het Gardameer en de gezellige, toeristische straatjes, ik geniet ervan. Na een paar uurtjes daar te zijn geweest, loop ik weer terug naar de auto. Het zal mij benieuwen of ik de parkeerplaats weer af kan rijden.
Ik stap in, start de auto en ga op weg naar de uitgang. Ik kom in een file aan auto’s voor de uitrit. Staat daar zo’n medewerker bij die automaat om de kaartjes aan te nemen en in die automaat te stoppen, zodat een bestuurder niet zover hoeft te reiken naar die automaat. Ik draai mijn raampje open, en net op het  moment dat ik wil zeggen, ik heb geen kaartje, schreeuwt dat mens, “go, go, you have telepass”, slagboom gaat omhoog en ik kan doorrijden…. En op dat moment valt het kwartje pas bij mij…Ik heb mijn tolbadge (is dus telepass) nog voor het raam zitten, wat uiteraard geldt voor de tolwegen hier, maar blijkbaar ook voor een aantal parkeerplaatsen hier in Italië. Wist ik veel. Ik krijg dus nog de factuur….

Na deze enerverende ervaring, gaat het leven door op de camping. Dagen verstrijken. Het weer is aangenaam. Gasten vertellen me wat ze die dag gaan doen of wat ze gedaan hebben, kinderen vertellen me weer dat ze naar de minidisco zijn geweest en een ander brabbelt een verhaal, waar ik geen touw aan vast kan knopen, maar gewoon heerlijk mee ga in het verhaal en nog een ander jochie vertelt me dat zijn broertje aan het poepen is, waarbij ik hem bedank voor deze nuttige informatie.
Samen met een gast zijn we aan een deurkruk aan het klussen. Beide zijn we trots als het lukt. Tot de volgende dag, als de gast mij vertelt dat hij de deurkruk weer los in de hand heeft. Ik zet het wel op de kluslijst voor de klusjesman, vertel ik hem. En dan hebben we nog die dol enthousiaste hond in onze Dog accommodatie. Wat een schat van een beest was dat zeg. Heerlijk. Ik ben blij dat wij een Dog accommodatie hebben, maar het besef komt wel steeds meer, dat ik de mijne steeds meer ga missen.

Naast Campinghost voor mijn gasten, weten mijn collega-Campinghost van naast- en in de buurtgelegen campings mij inmiddels ook te vinden. Bij de één moet ik even uitleg geven over hoe onze schoonmaaksters het graag willen hebben als er sprake is van een B2B, de ander vraagt of ie even een ochtend langs mag komen om e.e.a. te weten te komen over boekingslijsten, voorraad, linnengoed, hoe onze ADEX is en werkt. Allemaal prima, maar tegelijkertijd denkende: “Ben ik nu zo’n ouwe rot in het vak aan het worden?”

Franse taal

De Meivakantie loopt af. De Nederlanders gaan naar huis. Het wordt weer rustig op de camping. Heel rustig. Van bijna 30 gasten in deze vakantie, naar nu 2 nieuwe gasten is wel even een overgang. Een Frans echtpaar en een Engels stel. Even geen Nederlanders. Het verbaasde mij zelf, hoe de Franse taal nog bij mij was blijven hangen. Het gaat mij in ieder geval beter af als het Italiaans. Beide genieten ze van hun accommodatie. De één in de Dog house boven, de ander in een lodgetent beneden.

Ik wandel de camping over, naar het winkeltje en doe wat boodschappen. Ik wandel naar het restaurant, haal een Take-Away pizza en loop terug richting mijn leefacco. De Meivakantie is voorbij. De Nederlanders zijn naar huis. De eerste stroom is doorstaan. Er zijn nog wel wat puntjes op de i te zetten, maar ik merk aan alles dat ik ook geniet. Ik heb mijn draai op de camping wel weer gevonden.

Eén reactie:

  1. Graag nog veeeeeeel verhalen!!!!!!

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *

Deze site gebruikt Akismet om spam te verminderen. Bekijk hoe je reactie-gegevens worden verwerkt.